donderdag 25 april 2013

Paardenbloemen en moestuin

Langzaam maar zeker wordt het lente. Vorige week een paar warme dagen gehad, waardoor bomen en struiken opeens helemaal in bloei staan en de weilanden vol paardenbloemen staan. Overal ontluikt de natuur en zie je bloesems, bloemen en lekkere frisgroene blaadjes. En paardenbloemen...

Tot voor kort had ik een hekel aan paardenbloemen in de tuin. Bij vrienden in de Jura hadden we vorig jaar Gelée de fleurs de pissenlit (paardenbloemengelei) gegeten en dat was erg lekker. En behalve veel werk niet moeilijk om te maken, zo werd mij verteld. Toen ik Leon vorige week naar zijn stage bracht en even buiten de sporthal met de andere moeders stond te kletsen, kwam het gesprek ook op de Gelée de fleurs de pissenlit. Al die paardenbloemen in onze tuin zagen er opeens anders uit, namelijk als potentieel jammetje. Dankzij internet en Google heb je 5 minuten later verschillende recepten om de gelei te maken en dus togen 
Martijn en ik met mesje en bakje de tuin in om de paardenbloemen in onze tuin aan te vallen en de bloemen te oogsten. 365 Paardenbloemen hadden we nodig, voor iedere dag van het jaar 1. Zoveel vonden we er niet in onze tuin, die toch helemaal geel leek voordat wij de aanval ingingen. De rest hebben we verzameld in het weiland achter ons huis. Daarna was het werk voor mij. Paardenbloemen wassen en drogen, liefst in de zon. Minimaal een half uur drogen, maar 2 dagen kan ook. Dan de paardenbloemen met 2 biologische citroenen en 2 biologische sinasappels, gewoon in stukken gesneden en met schil en al, in de pan en het geheel een uurtje laten koken. Daarna giet je het af zodat je alleen het sap overhoudt. Het sap kun je eventueel nog door een theedoek filteren en dan kook je het sap met geleisuiker tot gelei. Heerlijk! Paardenbloemen zijn ineens meer dan onkruid.

Gisteren was het ook weer prachtig weer, net als vandaag. Tijd om toch maar eens wat in de moestuin te gaan doen. Daar wilde Leon wel mee helpen. Hij heeft de grond losgemaakt, terwijl ik de van een vriendin gekregen zwarte bessenstruikjes en bieslook in potten heb gezet. Daarna hebben we de indeling van de moestuin gemaakt en alle groente gezaaid. Daarbij heeft Leon leuke ontdekkingen gedaan: dat de zaadjes van blanke uien en rode uien er hetzelfde uitzien, dat de zaadjes van de prei heel erg lijken op die van de ui en dat je heel kleine zaadjes hebt en relatief grote, die van de rode biet bijvoorbeeld. Tot slot nog even een net erover om de moestuin onaantrekkelijk te maken voor Domino, de kat. Als alles goed gaat hebben we over enkele weken de eerste radijsjes en sla. Op de prei, andijvie, uien, rode bietjes, boerenkool en wortels zullen we wat langer moeten wachten. 


Gelée de fleurs de pissenlit

De zwarte bessenstruik en de bieslook


De moestuin, met op de achtergrond de bloeiende kersenboom en het compostvat

Voorjaarsvakantie

Het is voorjaarsvakantie! Rienk heeft een dagje vrij gepland omdat we graag een keertje het dorpje Flavigny-sur-Ozerain willen bezoeken. In dat dorpje staat de fabriek van de beroemde anijssnoepjes èn in dit dorp is de film Chocolat opgenomen. Twee redenen om er eens te gaan kijken. In de anijssnoepjesfabriek worden rondleidingen gegeven, maar alleen op maandag tot en met vrijdag. Helaas was het vrijdag 19 april koud, bewolkt en werd er regen voorspeld. Flavigny willen we graag op een zonnige dag bekijken en omdat er verder weinig andere 'slecht-weer-voorzieningen' in de buurt zijn, zijn we wat dichter bij huis gebleven en naar Cluny en Mâcon gereden. 's Ochtends hebben we rondgekeken in Cluny, ooit het meest majestueuze abdijcomplex van de Christelijke Wereld. Tijdens de Franse Revolutie is er enorm veel geplunderd en werden gebouwen gesloopt en steen voor steen verkocht. Maar er is nog aardig wat overgebleven en dat is al deels mooi gerestaureerd. Na een korte stadswandeling - we doen het nog wel eens bij mooier weer - zijn we in de auto gestapt en naar Mâcon gereden. Mâcon is de hoofdstad van ons departement, de prefectuur (vergelijkbaar met provinciebestuur) is er gevestigd. Met ruim 34.000 inwoners is het ook een van de grotere steden in het departement. Mâcon ligt langs de rivier Saône en van wat (vooral Gertie) van de stad had gezien, leek Mâcon ook een erg leuke stad. Dat viel ons afgelopen vrijdag wat tegen. Er staan mooie grote indrukwekkende panden langs de boulevard langs de Saône, maar op zo'n bewolkte dag vroeg in de lente valt ook goed op dat een groot deel van deze panden zich in een erbarmelijke staat van onderhoud bevindt. Het centrum zelf liep ook niet over van gezelligheid en onze verwachtingen van het winkelaanbod kwamen ook niet geheel overeen met de werkelijkheid. Mâcon heeft één belangrijke winkelstraat, de rue Carnot, maar die is vergelijkbaar met de rue Carnot in Montceau. Een doodgewone winkelstraat en niet één die er uit springt vanwege winkelaanbod, mooie winkelpanden of gezellige uitstraling. Daarbij begon het ook nog wat te regenen, niet bevorderlijk voor de sfeer. Enfin, na Cluny viel Mâcon ons wat tegen. Jammer, maar we komen ongetwijfeld nog vaker in Mâcon en wie weet verandert ons beeld van de stad als we er hartje zomer heerlijk op een terrasje zitten...
Overal in Cluny vind je resten van het vroegere abdijcomplex

Het openluchttheater van Cluny. De heggetjes, nu nog niet helemaal in blad, vormen de coulissen van het toneel.

De Clocher de l'Eau-Bénite met rechts daarvan de Tour de l'Horloge en op de voorgrond de zij-ingang van de  Haras National, de staatsstoeterij.

De Vissertjes in Cluny

vrijdag 5 april 2013

Kittens worden katten ....

Onze kittens zijn nu helemaal gewend en flink gegroeid. Domino is bijna 1 jaar en Paquerette is bijna 11 maanden. Ze gaan sinds begin februari ook lekker naar buiten. Dat vinden zij erg fijn, wij soms wat minder. Vooral Paquerette, het vrouwtje, blijft, nu het weer wat lekkerder wordt qua temperatuur, soms de hele dag weg. Daar worden wij wel eens ongerust van. In ons achterhoofd spookt dan het beeld van een jong katje dat aangereden op straat ligt. Maar.... een kat moet kat kunnen zijn en dus gewoon de hort op kunnen gaan. Niks niet aan een touwtje vastzitten in de tuin zoals de buurkatten, maar gewoon door de weilanden voor en achter ons huis struinen. En dat doet Paquerette volop. Domino, 't mannetje, ook wel, maar die is toch aanhankelijker en houdt wat meer van binnen zijn. En Domino kan zich buiten ook prima vermaken, bijvoorbeeld met de modderkluiten in de moestuin van zijn bazinnetje.  Hij heeft minder de behoefte om ver weg te gaan of in ieder geval uit het zicht van het huis te blijven.

Vandaag begon de dag grijs en met motregen. Geen excuus voor de katten, na een hele nacht binnen te zijn geweest is het weer tijd om naar buiten te gaan. Domino was er al gauw weer, Paquerette even later ook. Dat is standaard. Ze gaan 's ochtends even naar buiten, zijn er snel weer, eten dan nog even wat en gaan dan weer naar buiten. En dan gaan ze echt op pad, vooral de tuin van de buren is leuk (niet die waar de katten aan een touw zitten, maar aan de andere kant). Vandaag had Domino het buiten al gauw bekeken. Met die motregen kun je beter languit in de boekenkast liggen. Paquerette was nog in geen velden of wegen te bekennen. Geen probleem, het raampje in de bijkeuken stond op een kiertje, dus als ze wilde kon ze zo weer naar binnen. Toen ik even later in de bijkeuken moest zijn, lag ze daar mooi op de vloer. En vlak voor haar lag de (nog levende) buit: een piepklein molletje. Iedere keer dat ze het molletje aanraakte, maakte die een hoog piepend geluid. En daar schrok Paquerette zich een hoedje van en dan trok ze haar pootje terug. Verder deed het molletje niet zo veel meer, dus Paquerette vond het 'spelletje' eigenlijk niet meer zo leuk. Nu is het echt kats om de buit mee naar huis te nemen, maar deze baas is niet zo blij met halfdode mollen/muizen/vogels, of wat ze straks nog meer gaat vangen, in huis. Onze schoenen staan in de bijkeuken en ik zag het al voor me: over een paar dagen stinkt het in de bijkeuken en vindt iemand een dood beestje in z'n schoen omdat Paquerette haar buit verstopt in plaats van opgegeten heeft. Dus ik heb Paquerette naar de kamer gebracht en het molletje naar buiten. Of ie het heeft overleefd? Ik denk het niet, ik denk dat Paquerette em al te erg toegetakeld had. Ondertussen liep Paquerette in de woonkamer, al klaaglijk jankend, te zoeken naar haar 'buit'. Ik heb het oranje stoffen balletje waar ze dol op is opgezocht en daarmee heeft ze nog even gespeeld om het molletje te vergeten. Nu is de mol vergeten en ligt ze heerlijk, verstopt op een verhuisdoos op de overloop, te slapen. 


Paquerette



Domino

Tussen de middag aan tafel de avonturen van Paquerette meegedeeld aan de rest van de familie. Altijd al gezegd dat ze een echte jager is, zei Rienk. Domino is tijdens de lunch naar buiten gegaan nadat ie de hele ochtend had liggen slapen in de boekenkast. Net de blog geplaatst en kort daarna staat Domino voor de keukendeur, met een dood muisje in z'n bek. Braaf bij 't bazinnetje gebracht, die daar natuurlijk niet zo blij mee was. En nu ligt Domino weer lekker in de boekenkast z'n poten schoon te likken.